Vertaling van schraag

Inhoud:

Nederlands
Duits
bank [v], bok [m], ezel [m], stellage [v], rek, schraag, stander, werkbank {zn.}
Bank
Werkstuhl
Staffelei [v] (die ~)
Staffel [v] (die ~)
Gestell [o] (das ~)
Arbeitsbock [m] (der ~)
Waar is de bank?
Wo ist die Bank?
Waar is de bank?
Wo ist die Bank?
instemmen, accorderen, bijvallen, schragen, aansluiten, onderschrijven, ondersteunen, het eens zijn, overeenstemmen, samengaan, stroken, bijeenpassen, rijmen, kloppen {ww.}
in Übereinstimmung sein
zusammenstimmen
in Einklang stehen
übereinstimmen

ik schraag

ich stimme zusammen
» meer vervoegingen van zusammenstimmen

schragen, steunen, stutten, ondersteunen {ww.}
unterstützen
aufstützen
stützen
stemmen
anlehnen
lehnen
anlegen

ik schraag

ich unterstütze
» meer vervoegingen van unterstützen

dragen, schoren, steunen, ondersteunen, ruggesteunen, schragen {ww.}
unterhalten
unterstützen
stemmen

ik schraag

ich unterhalte
» meer vervoegingen van unterhalten