Vertaling van slepen

Inhoud:

Nederlands
Duits
slepen, trekken {ww.}
rücken
ausrücken
treideln
anholen
schleppen
zerren
kräftig ziehen

wij slepen
jullie slepen
zij slepen

wir rücken aus
ihr rückt aus
sie rücken aus
» meer vervoegingen van ausrücken

boegseren, slepen, trekken, voorttrekken {ww.}
nachschleppen
schleppen

wij slepen
jullie slepen
zij slepen

wir schleppen
ihr schleppt
sie schleppen
» meer vervoegingen van schleppen

aanzetten, slijpen, scherpen, wetten {ww.}
spitzen
schärfen
wetzen
scharf machen
schleifen

wij slepen
jullie slepen
zij slepen

wir spitzten
ihr spitztet
sie spitzten
» meer vervoegingen van spitzen

slijpen {ww.}
abschrägen
facettieren

wij slepen
jullie slepen
zij slepen

wir schrägten ab
ihr schrägtet ab
sie schrägten ab
» meer vervoegingen van abschrägen



Gerelateerd aan slepen

trekken - boegseren - voorttrekken - aanzetten - slijpen - scherpen - wetten