Vertaling van snugger

Inhoud:

Nederlands
Duits
pienter, scherpzinnig, schrander, snugger, spits, vernuftig {bn.}
spitzfindig
slim, bekeken, clever, gis, kien, pienter, snugger, bijtend, doordringend, fel, guur, schel, scherp, schril, snerpend {bn.}
grell
herb
scharf
beißend
heftig
hart
rau
streng
bevattelijk, intelligent, knap, snugger {bn.}
einsichtsvoll
intelligent
verständig


Gerelateerd aan snugger

pienter - scherpzinnig - schrander - spits - vernuftig - slim - bekeken - clever - gis - kien - bijtend - doordringend - fel - guur - schel