Vertaling van spiegelen

Inhoud:

Nederlands
Duits
reflecteren, spiegelen, terugkaatsen, weerkaatsen, weerspiegelen {ww.}
rückstrahlen
reflektieren

wij spiegelen
jullie spiegelen
zij spiegelen

wir reflektieren
ihr reflektiert
sie reflektieren
» meer vervoegingen van reflektieren



Gerelateerd aan spiegelen

reflecteren - terugkaatsen - weerkaatsen - weerspiegelen