Vertaling van spinnen

Inhoud:

Nederlands
Duits
spinnen {ww.}
spinnen

wij spinnen
jullie spinnen
zij spinnen

wir spinnen
ihr spinnt
sie spinnen
» meer vervoegingen van spinnen

Spinnen maken webben.
Spinnen weben Netze.
Ik ben bang voor spinnen.
Ich habe Angst vor Spinnen.
spin (mv. spinnen) [v], spinnekop [v] {zn.}
Spinne [v] (die ~)
Er zit een spin in de douche.
In der Dusche ist eine Spinne.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Spinnen maken webben.

Spinnen weben Netze.

Zijderupsen spinnen cocons.

Seidenraupen weben Kokons.

Ik ben bang voor spinnen.

Ich habe Angst vor Spinnen.

Enkele personen zijn bang voor spinnen.

Einige Leute haben Angst vor Spinnen.


Gerelateerd aan spinnen

spin - spinnekop