Vertaling van splitsen

Inhoud:

Nederlands
Duits
splitsen {ww.}
den Atomkern zerstrümmern
afbreken, delen, splitsen, opsplitsen, verdelen {ww.}
aufteilen
zerlegen
zerteilen
verteilen
gliedern
einteilen
teilen
dividieren

wij splitsen
jullie splitsen
zij splitsen

wir teilen auf
ihr teilt auf
sie teilen auf
» meer vervoegingen van aufteilen



Gerelateerd aan splitsen

afbreken - delen - opsplitsen - verdelen