Vertaling van staak

Inhoud:

Nederlands
Duits
paal, heipaal, staak {zn.}
Staket [o] (das ~)
Zaunpfahl [m] (der ~)
Pfahl [m] (der ~)
afbreken, opbreken, opheffen, staken, stelpen, stoppen, stopzetten {ww.}
einstellen
beenden
Einhalt gebieten
ein Ende machen

ik staak

ich stelle ein
» meer vervoegingen van einstellen

staken {ww.}
streiken

ik staak

ich streike
» meer vervoegingen van streiken



Gerelateerd aan staak

paal - heipaal - afbreken - opbreken - opheffen - staken - stelpen - stoppen - stopzetten