Vertaling van stijf
Inhoud:
Nederlands
Duits
stijf, vormelijk {bn.}
Abstand haltend
zurückhaltend
steif
zurückhaltend
steif
stijf, vormelijk {bn.}
Zeremonien liebend
Förmlichkeiten liebend
Förmlichkeiten liebend
houterig, star, stijf, stram, stug {bn.}
starr
steif
spröde
steif
spröde
gesteven, stijf {bn.}
gestärkt
stijven {ww.}
stärken
ik stijf
ich stärke
» meer vervoegingen van stärken
bevoorraden, provianderen, spekken, stijven, voorzien van {ww.}
versorgen
ausstatten
versehen
anschaffen
ausstatten
versehen
anschaffen
ik stijf
ich versorge
» meer vervoegingen van versorgen
aanmoedigen, bemoedigen, stijven {ww.}
ermutigen
ermannen
ermannen
ik stijf
ich ermutige
» meer vervoegingen van ermutigen