Vertaling van strijken
glätten
plätten
wij strijken
jullie strijken
zij strijken
wir bügeln
ihr bügelt
sie bügeln
» meer vervoegingen van bügeln
leicht reiben
streichen
wij strijken
jullie strijken
zij strijken
wir streichen
ihr streicht
sie streichen
» meer vervoegingen van streichen
wij strijken
jullie strijken
zij strijken
wir senken
ihr senkt
sie senken
» meer vervoegingen van senken
einholen
wij strijken
jullie strijken
zij strijken
wir streichen
ihr streicht
sie streichen
» meer vervoegingen van streichen
Voorbeelden in zinsverband
Als je Zwitserland zou strijken, zou het groter zijn dan Duitsland.
Wenn man die Schweiz bügeln würde, wäre sie größer als Deutschland.
Op het labeltje aan mijn sjaal staat: "Binnenstebuiten wassen en strijken." Ik vraag me af hoe ik dat moet doen.
Auf dem Etikett an meinem Schal steht: "Auf links waschen und bügeln." Ich frage mich, wie ich das machen soll.