Vertaling van tanen
Inhoud:
Nederlands
Duits
bleek worden, tanen, verbleken, verschieten {ww.}
verblassen
erblassen
erblassen
wij tanen
jullie tanen
zij tanen
wir verblassen
ihr verblasst
sie verblassen
» meer vervoegingen van verblassen
looien, leerlooien, tanen {ww.}
gerben
wij tanen
jullie tanen
zij tanen
wir gerben
ihr gerbt
sie gerben
» meer vervoegingen van gerben