Vertaling van teweegbrengen
Inhoud:
Nederlands
Duits
aandoen, aanrichten, stichten, teweegbrengen, veroorzaken {ww.}
bereiten
zufügen
verursachen
veranlassen
bewirken
antun
zufügen
verursachen
veranlassen
bewirken
antun
ik zal teweegbrengen
jij zult teweegbrengen
hij/zij/het zal teweegbrengen
ich werde bereiten
du wirst bereiten
er/sie/es wird bereiten
» meer vervoegingen van bereiten
baren, bevallen, het leven schenken, teweegbrengen, voortbrengen {ww.}
zur Welt bringen
gebären
gebären
ik zal teweegbrengen
jij zult teweegbrengen
hij/zij/het zal teweegbrengen
ich werde mich gebaren
du wirst dich gebaren
er/sie/es wird sich gebaren
» meer vervoegingen van gebaren
beleggen, houden, teweegbrengen, uitschrijven {ww.}
hervorrufen
ik zal teweegbrengen
jij zult teweegbrengen
hij/zij/het zal teweegbrengen
ich werde hervorrufen
du wirst hervorrufen
er/sie/es wird hervorrufen
» meer vervoegingen van hervorrufen