Vertaling van troosten
Inhoud:
Nederlands
Duits
troosten, vertroosten {ww.}
trösten
Trost spenden
Trost spenden
wij troosten
jullie troosten
zij troosten
wir trösten
ihr tröstet
sie trösten
» meer vervoegingen van trösten
Mary probeerde Tom te troosten.
Maria versuchte, Tom zu trösten.