Vertaling van uitdelen
Inhoud:
Nederlands
Duits
ronddelen, rondgeven, uitdelen, uitreiken, verdelen {ww.}
geben
ausgeben
verteilen
zuteilen
austeilen
ausgeben
verteilen
zuteilen
austeilen
ik zal uitdelen
jij zult uitdelen
hij/zij/het zal uitdelen
ich werde geben
du wirst geben
er/sie/es wird geben
» meer vervoegingen van geben