Vertaling van uiteen

Inhoud:

Nederlands
Duits
uiteen, vaneen {bw.}
auseinander
verstreut
abgesondert
vereinzelt
uiteendrijven, uiteenjagen, verspreiden, verstrooien {ww.}
auseinanderjagen

ik drijf uiteen
jij drijft uiteen
hij/zij/het drijft uiteen

ich jage auseinander
du jagst auseinander
er/sie/es jagt auseinander
» meer vervoegingen van auseinanderjagen



Gerelateerd aan uiteen

vaneen - uiteendrijven - uiteenjagen - verspreiden - verstrooien