Vertaling van uitgelaten
Inhoud:
Nederlands
Duits
uitbundig, uitgelaten {bn.}
äußerst fröhlich
kreuzfidel
ausgelassen
kreuzfidel
ausgelassen
loslaten, lossen, tappen, uitlaten, vieren, weglaten {ww.}
loslassen
herauslassen
herausfließen lassen
auslassen
herauslassen
herausfließen lassen
auslassen
ik heb uitgelaten
jij hebt uitgelaten
hij/zij/het heeft uitgelaten
ich habe losgelassen
du hast losgelassen
er/sie/es hat losgelassen
» meer vervoegingen van loslassen
uitgeleide doen, uitlaten {ww.}
hinausbringen
zur Tür bringen
hinausbegleiten
zur Tür bringen
hinausbegleiten
ik heb uitgelaten
jij hebt uitgelaten
hij/zij/het heeft uitgelaten
ich habe hinausgebracht
du hast hinausgebracht
er/sie/es hat hinausgebracht
» meer vervoegingen van hinausbringen
nalaten, uitlaten, verzaken, verzuimen, weglaten {ww.}
verpassen
ik heb uitgelaten
jij hebt uitgelaten
hij/zij/het heeft uitgelaten
ich habe verpasst
du hast verpasst
er/sie/es hat verpasst
» meer vervoegingen van verpassen
afrijden, uitlaten {ww.}
spazieren führen
ausführen
ausführen
ik heb uitgelaten
jij hebt uitgelaten
hij/zij/het heeft uitgelaten
ich habe ausgeführt
du hast ausgeführt
er/sie/es hat ausgeführt
» meer vervoegingen van ausführen