Vertaling van uitstappen
Inhoud:
Nederlands
Duits
uitstappen {ww.}
aussteigen
ik zal uitstappen
jij zult uitstappen
hij/zij/het zal uitstappen
ich werde aussteigen
du wirst aussteigen
er/sie/es wird aussteigen
» meer vervoegingen van aussteigen
uitstappen {ww.}
aussteigen
ik zal uitstappen
jij zult uitstappen
hij/zij/het zal uitstappen
ich werde aussteigen
du wirst aussteigen
er/sie/es wird aussteigen
» meer vervoegingen van aussteigen
uitgaan, uitkomen, uitlopen, uitstappen, uitstijgen, uittreden {ww.}
ausgehen
hinausgehen
ausrücken
hinausgehen
ausrücken
ik zal uitstappen
jij zult uitstappen
hij/zij/het zal uitstappen
ich werde ausgehen
du wirst ausgehen
er/sie/es wird ausgehen
» meer vervoegingen van ausgehen
Ik kan niet uitgaan omdat ik een week geleden gewond raakte in een ongeval.
Ich kann nicht ausgehen, weil ich vor einer Woche bei einem Unfall verletzt wurde.
uit de bus stappen, uitstappen {ww.}
aus dem Bus aussteigen
aus dem Bus steigen
aus dem Bus steigen