Vertaling van uitvaardigen

Inhoud:

Nederlands
Duits
afkondigen, proclameren, uitvaardigen, verkondigen {ww.}
proklamieren
ausrufen

ik zal uitvaardigen
jij zult uitvaardigen
hij/zij/het zal uitvaardigen

ich werde proklamieren
du wirst proklamieren
er/sie/es wird proklamieren
» meer vervoegingen van proklamieren



Gerelateerd aan uitvaardigen

afkondigen - proclameren - verkondigen