Vertaling van verhandelen
Inhoud:
Nederlands
Duits
overdoen, tappen, verhandelen, verkopen, vervreemden, wegdoen {ww.}
verkaufen
veräußern
veräußern
wij verhandelen
jullie verhandelen
zij verhandelen
wir verkaufen
ihr verkauft
sie verkaufen
» meer vervoegingen van verkaufen
Ik ga mijn huis verkopen.
Ich werde mein Haus verkaufen.
Mensen zouden hun ziel verkopen om vanaf deze plaatsen naar het concert te luisteren.
Die Leute würden ihre Seele dafür verkaufen, dass Konzert von solchen Plätzen aus hören zu können.
behandelen, verhandelen {ww.}
behandeln
wij verhandelen
jullie verhandelen
zij verhandelen
wir behandeln
ihr behandelt
sie behandeln
» meer vervoegingen van behandeln