Vertaling van verstevigen
Inhoud:
Nederlands
Duits
bevestigen, vastmaken, vastzetten, verstevigen {ww.}
bestärken
festigen
stärken
bekräftigen
fest anmachen
befestigen
festigen
stärken
bekräftigen
fest anmachen
befestigen
wij verstevigen
jullie verstevigen
zij verstevigen
wir bestärken
ihr bestärkt
sie bestärken
» meer vervoegingen van bestärken
verschansen, versterken, verstevigen {ww.}
bestärken
wij verstevigen
jullie verstevigen
zij verstevigen
wir bestärken
ihr bestärkt
sie bestärken
» meer vervoegingen van bestärken