Vertaling van vomeren

Inhoud:

Nederlands
Duits
braken, kotsen, overgeven, spugen, vomeren {ww.}
kotzen
erbrechen
sich erbrechen
sich übergeben
sich brechen

wij vomeren
jullie vomeren
zij vomeren

wir kotzen
ihr kotzt
sie kotzen
» meer vervoegingen van kotzen



Gerelateerd aan vomeren

braken - kotsen - overgeven - spugen