Vertaling van vrijlaten
Inhoud:
Nederlands
Duits
afhelpen, bevrijden, loslaten, verlossen, vrijlaten, vrijmaken {ww.}
befreien
frei machen
freilassen
erledigen
entledigen
frei machen
freilassen
erledigen
entledigen
ik zal vrijlaten
jij zult vrijlaten
hij/zij/het zal vrijlaten
ich werde befreien
du wirst befreien
er/sie/es wird befreien
» meer vervoegingen van befreien