Vertaling van wannen

Inhoud:

Nederlands
Duits
luchten, spuien, uitluchten, ventileren, wannen {ww.}
ventilieren

wij wannen
jullie wannen
zij wannen

wir ventilieren
ihr ventiliert
sie ventilieren
» meer vervoegingen van ventilieren

waaien, frisse lucht toewaaien, wannen {ww.}
wedeln
fächeln

wij wannen
jullie wannen
zij wannen

wir wedeln
ihr wedelt
sie wedeln
» meer vervoegingen van wedeln



Gerelateerd aan wannen

luchten - spuien - uitluchten - ventileren - waaien - frisse lucht toewaaien