Vertaling van zaakkundig
Inhoud:
Nederlands
Duits
bevoegd, competent, deskundig, vakkundig, zaakkundig {bn.}
kompetent
zuständig
zuständig
deskundig, ervaren, geoefend, zaakkundig {bn.}
bewandert
erfahren
gewiegt
kundig
erfahren
gewiegt
kundig