Vertaling van aanstellen
Inhoud:
Nederlands
Engels
aanstellen, benoemen {ww.}
to install
to appoint
to appoint
ik zal aanstellen
jij zult aanstellen
hij/zij/het zal aanstellen
I will install
you will install
he/she/it will install
» meer vervoegingen van to install
aanstellen, benoemen, designeren, maken, aanwijzen {ww.}
to nominate
to constitute
to name
to appoint
to constitute
to name
to appoint
ik zal aanstellen
jij zult aanstellen
hij/zij/het zal aanstellen
I will nominate
you will nominate
he/she/it will nominate
» meer vervoegingen van to nominate
aanstellen, komediespelen, acteren, toneelspelen {ww.}
to lard
to pad
to embellish
to embroider
to dramatize
to dramatise
to blow up
to aggrandize
to aggrandise
to pad
to embellish
to embroider
to dramatize
to dramatise
to blow up
to aggrandize
to aggrandise
ik zal aanstellen
jij zult aanstellen
hij/zij/het zal aanstellen
I will lard
you will lard
he/she/it will lard
» meer vervoegingen van to lard