Vertaling van afmeten

Inhoud:

Nederlands
Engels
meten, afmeten, opmeten, opnemen, roeien, uitmeten {ww.}
to measure 

ik zal afmeten
jij zult afmeten
hij/zij/het zal afmeten

I will measure
you will measure
he/she/it will measure
» meer vervoegingen van to measure

afmeten, afpassen {ww.}
to measure out
to mensurate
to measure

ik zal afmeten
jij zult afmeten
hij/zij/het zal afmeten

I will measure
you will measure
he/she/it will measure
» meer vervoegingen van to measure



Gerelateerd aan afmeten

meten - opmeten - opnemen - roeien - uitmeten - afpassenvaststellen