Vertaling van afperken
Inhoud:
Nederlands
Engels
vastleggen, afperken {ww.}
to lay down
to make
to establish
to make
to establish
ik zal afperken
jij zult afperken
hij/zij/het zal afperken
I will make
you will make
he/she/it will make
» meer vervoegingen van to make
afbakenen, afgrenzen, afpalen, afperken, afzetten, bebakenen, demarqueren, omschrijven {ww.}
to mark out
to mark off
to mark off