Vertaling van afschuieren

Inhoud:

Nederlands
Engels
borstelen, afschuieren, schuieren, uitborstelen {ww.}
to brush

ik zal afschuieren
jij zult afschuieren
hij/zij/het zal afschuieren

I will brush
you will brush
he/she/it will brush
» meer vervoegingen van to brush



Gerelateerd aan afschuieren

borstelen - schuieren - uitborstelenreinigen