Vertaling van afzwakken
Inhoud:
Nederlands
Engels
afzwakken {ww.}
to tone down
afzwakken, kwijnen, ontspannen, tanen, verbleken, verflauwen, verslappen, verweken, verwijven, verzwakken {ww.}
to weaken
ik zal afzwakken
jij zult afzwakken
hij/zij/het zal afzwakken
I will weaken
you will weaken
he/she/it will weaken
» meer vervoegingen van to weaken
afzwakken, bagatelliseren {ww.}
to weaken
ik zal afzwakken
jij zult afzwakken
hij/zij/het zal afzwakken
I will weaken
you will weaken
he/she/it will weaken
» meer vervoegingen van to weaken