Vertaling van bekendheid

Inhoud:

Nederlands
Engels
bekendheid [v] {zn.}
acquaintenceship
conversance
familiarity 
acquaintance 
bekendheid [v], kennis [v], kunde {zn.}
knowledge 
ken
acquaintance 
Kennis is macht.
Knowledge is power.
Mijn kennis van Japans is eerder zwak.
My knowledge of Japanese is rather poor.
bekendheid [m] (de ~) {zn.}
famous person
celebrity
bekendheid [v] (de ~) {zn.}
familiarity
bekendheid [v] (de ~), faam [m] (de ~), renommee, vermaardheid, roep [m] (de ~), beroemdheid [v] (de ~), naam [m] (de ~), reputatie [v] (de ~) {zn.}
name
Mijn naam is Henry.
My name is Henry.
Mijn naam is Hopkins.
My name is Hopkins.


Gerelateerd aan bekendheid

kennis - kunde - faam - renommee - vermaardheid - roep - beroemdheid - naam - reputatiepersoon - positie