Vertaling van beoefenen
Inhoud:
Nederlands
Engels
beoefenen, betrachten, in de praktijk brengen, uitoefenen {ww.}
to practise
to put into practice
to exert
to put into practice
to exert
wij beoefenen
jullie beoefenen
zij beoefenen
we practise
you practise
they practise
» meer vervoegingen van to practise
beoefenen {ww.}
to practise
to exercise
to practice
to do
to exercise
to practice
to do
wij beoefenen
jullie beoefenen
zij beoefenen
we practise
you practise
they practise
» meer vervoegingen van to practise