Vertaling van bijnaam

Inhoud:

Nederlands
Engels
bijnaam [m] {zn.}
nickname
sobriquet
byname
Mijn bijnaam is "Jeuk".
My nickname is "Itch."
bijnaam [m], spotnaam {zn.}
nickname
bijnaam [m] {zn.}
nickname
bijnaam [m] (de ~), alias {zn.}
nickname
soubriquet
sobriquet
moniker
cognomen
byname


Gerelateerd aan bijnaam

spotnaam - aliasnaam