Vertaling van binnenkort
in a while
in the near future
within the not too distant future
presently
shortly
soon
Voorbeelden in zinsverband
Hij wordt binnenkort vader.
He'll become a father soon.
Ik moet mijn haar binnenkort laten knippen.
Soon I have to go get a haircut.
Je zal binnenkort gewend zijn aan Japans voedsel.
You will soon get used to Japanese food.
We moeten een tankstation vinden omdat deze auto binnenkort geen benzine meer zal hebben.
We need to look for a gas station because this car will soon run out of gas.
We zullen binnenkort in staat zijn om jou in de gevangenis te plaatsen.
We'll soon be able to send you to jail.
We zullen binnenkort in staat zijn om jou in de gevangenis te plaatsen.
Soon we’ll be able to send you to gaol.
Ik zag een artikel op de Tatoebablog over een nieuwe versie die binnenkort uitkomt, hebben jullie het gelezen?
I've seen an article on the Tatoeba blog about a new version coming soon. Have you read it?
Als deze organisatie zo blijft zal het binnenkort bankroet gaan. Haar herstel is zo moeilijk als van paard wisselen terwijl je een beek oversteekt.
If this organization is left as it is, it will soon go bankrupt; its recovery is as difficult as swapping horses while crossing a stream.