Vertaling van bleek
ik bleek
jij bleek
hij/zij/het bleek
I proved
you proved
he/she/it proved
» meer vervoegingen van to prove
to blanch
ik bleek
I whiten
» meer vervoegingen van to whiten
blanched
bloodless
livid
white
to turn up
to prove
ik bleek
jij bleek
hij/zij/het bleek
I proved
you proved
he/she/it proved
» meer vervoegingen van to prove
to pale
to blanch
ik bleek
I blench
» meer vervoegingen van to blench
Voorbeelden in zinsverband
Je gezicht is bleek.
You look so pale.
Tom bleek gelijk te hebben.
Tom turned out to be right.
Je ziet er bleek uit.
You look pale.
Ge ziet er bleek uit vandaag.
You look pale today.
Ze negeerde hem, wat niet slim bleek.
She ignored him, which proved unwise.
Ze ziet er altijd bleek uit.
She always looks pale.
Wat hij zei, bleek waar te zijn.
What he said turned out to be true.
Het gerucht bleek waar te zijn.
The rumor proved true.
Ze zag zo bleek als een doek.
Her face was the color of chalk.
Wat zij zei bleek niet waar te zijn.
What she said turned out to be false.
Ze werd bleek toen ze het nieuws hoorde.
She turned pale when she heard that news.
Het gerucht over haar dood bleek niet waar te zijn.
The rumor of her death turned out false.
Uit DNA-tests bleek dat hij onschuldig was.
DNA tests showed he was innocent.
Wat scheelt er met je? Je ziet er bleek uit.
What's the matter with you? You look pale.
Het bleek, dat hij niets anders was dan een leugenaar.
He turned out to be nothing but a liar.