Vertaling van bluffen

Inhoud:

Nederlands
Engels
bluffen, opscheppen, pochen, snoeven, snorken, stoffen, zwetsen {ww.}
to brag
to boast

wij bluffen
jullie bluffen
zij bluffen

we brag
you brag
they brag
» meer vervoegingen van to brag

bluffen {ww.}
to bluff
to brag

wij bluffen
jullie bluffen
zij bluffen

we bluff
you bluff
they bluff
» meer vervoegingen van to bluff

opscheppen, bluffen, grootspreken, ophakken, opsnijden, patsen, snoeven, pochen {ww.}
to swagger
to swash
to bluster

wij bluffen
jullie bluffen
zij bluffen

we bluster
you bluster
they bluster
» meer vervoegingen van to bluster



Gerelateerd aan bluffen

opscheppen - pochen - snoeven - snorken - stoffen - zwetsen - grootspreken - ophakken - opsnijden - patsen