Vertaling van blèren

Inhoud:

Nederlands
Engels
blèren, brullen, bulderen, gillen, uitbrullen {ww.}
to howl
to vociferate
to yell 
schreeuwen, blèren {ww.}
to scream
to yell
to squall
to shout out
to shout
to hollo
to holler
to cry
to call
Ik hoorde een vrouw schreeuwen.
I heard a woman scream.
blaten, mekken, blèren, mekkeren {zn.}
bleat


Gerelateerd aan blèren

brullen - bulderen - gillen - uitbrullen - schreeuwen - blaten - mekken - mekkerenbrullen - roepen