Vertaling van buffelen
Inhoud:
Nederlands
Engels
buffelen, sjouwen {ww.}
to sweat one's guts out
schrokken, metselen, slokken, bunkeren, zwelgen, buffelen {ww.}
to raven
to guttle
to pig
to devour
to guttle
to pig
to devour
wij buffelen
jullie buffelen
zij buffelen
we raven
you raven
they raven
» meer vervoegingen van to raven