Vertaling van bui

Inhoud:

Nederlands
Engels
bui [v], regenbui {zn.}
shower
bevlieging [v], bui [v], speling [v], gril, kuur [v], nuk {zn.}
quirk 
freak
whim
fancy 
caprice
bui [m] (de ~) {zn.}
shower
rain shower
stemming [v] (de ~), dispositie, geestesgesteldheid [v] (de ~), humeur [o] (het ~), luim [m] (de ~), bui [m] (de ~) {zn.}
mood
temper
humour
humor
Ik heb vandaag een slecht humeur.
I'm in a bad mood today.
vlaag [m] (de ~), bui {zn.}
fit