Vertaling van confusie

Inhoud:

Nederlands
Engels
verwarring [v] (de ~), confusie, desoriëntatie [v] (de ~) {zn.}
confusion
muddiness
mental confusion
disarray
confusedness
Ik maakte gebruik van de verwarring en viel de vijand aan.
I took advantage of the confusion and attacked the enemy.
"Juist," zuchtte Dima. "Sorry voor de verwarring dan. Geniet van je Fanta en prettige dag."
"I see," Dima sighed. "Sorry for the confusion, then. Enjoy your Fanta, and have a good day."
bedeesdheid, bleuheid, bloheid, confusie, geremdheid [v] (de ~), schroomvalligheid, schuchterheid, schuwheid, timiditeit, verlegenheid [v] (de ~), verwarring [v] (de ~) {zn.}
web
vermenging, confusie {zn.}
mix-up
confusion