Vertaling van dochter

Inhoud:

Nederlands
Engels
dochter [v] {zn.}
daughter 
Hij had één dochter.
He had one daughter.
Dat is mijn dochter.
This is my daughter.
dochter [v] (de ~), dochterlief {zn.}
daughter
girl
Het meisje met de blauwe jas is mijn dochter.
The girl in the blue coat is my daughter.
Jouw dochter is zeer mooi.
Your daughter is very pretty.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Hij had één dochter.

He had one daughter.

Dat is mijn dochter.

This is my daughter.

Jouw dochter is zeer mooi.

Your daughter is very pretty.

Mijn dochter wil een piano.

My daughter wants a piano.

Haar oudste dochter ging trouwen.

Her oldest daughter got married.

Uw dochter is aan de drugs.

Your daughter's on drugs.

Ze heeft een dochter die pianiste is.

She has a daughter who is a pianist.

Zijn dochter is een mooie vrouw geworden.

His daughter has become a pretty woman.

Ze is trots op haar dochter.

She is proud of her daughter.

Ze zijn fier over hun dochter.

They are proud of their daughter.

Hun oudste dochter is nog niet getrouwd.

Their oldest daughter isn't married yet.

Mijn dochter heeft een denkbeeldige vriend.

My daughter has a make-believe friend.

Ze is trots op haar dochter.

She takes pride in her daughter.

Het meisje met de blauwe jas is mijn dochter.

The girl in the blue coat is my daughter.

Ik ga een camera voor mijn dochter kopen.

I'm going to buy a camera for my daughter.


Gerelateerd aan dochter

dochterlief