Vertaling van eigengereidheid

Inhoud:

Nederlands
Engels
koppigheid [v] (de ~), eigengerechtigheid, eigengereidheid, eigenzinnigheid, halsstarrigheid, hardnekkigheid [v] (de ~), nukkigheid, onbuigzaamheid, rigiditeit, stijfkoppigheid, rebellie [v] (de ~), starheid [v] (de ~) {zn.}
stubbornness
self-will
pigheadedness
obstinance
obstinacy
bullheadedness