Vertaling van gannef

Inhoud:

Nederlands
Engels
boef, booswicht [m] (de ~), galgeaas, galgebrok, galgenaas [o] (het ~), gannef, kwaaddoener, satan, slechterik [m] (de ~), snoodaard [m] (de ~), spitsboef, zwijnjak, schurk [m] (de ~) {zn.}
villain
scoundrel
leperd [m] (de ~), gannef, gladakker [m] (de ~), gladjanus [m] (de ~), glibber, glimpieper, lijperik, linkerd, linkmichel, paling, smuigert, smiecht [m] (de ~) {zn.}
scammer
swindler
grifter
gouger
defrauder
chiseller
chiseler


Gerelateerd aan gannef

boef - booswicht - galgeaas - galgebrok - galgenaas - kwaaddoener - satan - slechterik - snoodaard - spitsboef - zwijnjak - schurk - leperd - gladakker - gladjanuspersoon - slimmerd