Vertaling van gasthuis

Inhoud:

Nederlands
Engels
gasthuis [o], hospitaal [m], ziekenhuis [o] {zn.}
hospital 
Hier is een ziekenhuis.
This is a hospital.
Hij is in het ziekenhuis.
He's in hospital.
ziekenhuis [o] (het ~), hospitaal [o] (het ~), gasthuis [o] (het ~) {zn.}
hospital
infirmary
Hij is in het ziekenhuis.
He's in the hospital.
Het ziekenhuis is hier dichtbij.
The hospital is near here.


Gerelateerd aan gasthuis

hospitaal - ziekenhuisgebouw - instelling