Vertaling van gemachtigd

Inhoud:

Nederlands
Engels
gemachtigd, geautoriseerd {bn.}
authorised
authorized
autoriseren, machtigen, volmachtigen {ww.}
to warrant
to empower 
to entitle
to authorize 

ik heb gemachtigd
jij hebt gemachtigd
hij/zij/het heeft gemachtigd

I have warranted
you have warranted
he/she/it has warranted
» meer vervoegingen van to warrant

machtigen, autoriseren, committeren, mandateren, volmachtigen {ww.}
to authorize
to empower
to authorise

ik heb gemachtigd
jij hebt gemachtigd
hij/zij/het heeft gemachtigd

I have authorized
you have authorized
he/she/it has authorized
» meer vervoegingen van to authorize



Gerelateerd aan gemachtigd

geautoriseerd - autoriseren - machtigen - volmachtigen - committeren - mandaterenbevoegd - aanstellen