Vertaling van genegenheid

Inhoud:

Nederlands
Engels
genegenheid [v], inclinatie [v] {zn.}
inclination
affectie [v], genegenheid [v], welwillendheid [v], goodwill {zn.}
kindness 
favour 
goodwill
affectie [v], genegenheid [v] {zn.}
affection 
De baby draagt zijn genegenheid over aan haar nieuwe moeder.
The baby transferred its affection to its new mother.
affectie [v] (de ~), sympathie [v] (de ~), warmte, genegenheid [v] (de ~) {zn.}
warmth
fondness
lovingness
affectionateness


Gerelateerd aan genegenheid

inclinatie - affectie - welwillendheid - goodwill - sympathie - warmtegevoel