Vertaling van genoeglijk

Inhoud:

Nederlands
Engels
genoeglijk, heerlijk, plezierig {bn.}
agreeable 
pleasant 
enjoyable 
aangenaam, behaaglijk, genoeglijk, heerlijk, plezierig, prettig {bn.}
agreeable 
enjoyable 
lovely 
nice 
pleasant 
congenial
genoeglijk, knus, sfeervol, gezellig, huiselijk {bn.}
cheerful


Gerelateerd aan genoeglijk

heerlijk - plezierig - aangenaam - behaaglijk - prettig - knus - sfeervol - gezellig - huiselijkaardig