Vertaling van gereedschap

Inhoud:

Nederlands
Engels
gereedschap [o], outillage [v], gerei {zn.}
tools
kit 
gear
Een slechte schrijnwerker geeft de schuld aan zijn gereedschap.
A bad workman blames his tools.
werktuig [o] (het ~), gereedschap [o] (het ~) {zn.}
tool
gerei [o] (het ~), utensiliën, gereedschap [o] (het ~) {zn.}
tool


Gerelateerd aan gereedschap

outillage - gerei - werktuig - utensiliënvoorwerp - middel - materiaal - grijparm - mechanisme - gereedschapskist