Vertaling van geschat
Inhoud:
Nederlands
Engels
geschat, approximatief {bn.}
approximate
close together
close together
begroten, schatten, taxeren, waarderen {ww.}
ik heb geschat
jij hebt geschat
hij/zij/het heeft geschat
I have judged
you have judged
he/she/it has judged
» meer vervoegingen van to judge
oordelen, schatten, zien, achten, beschouwen, bevinden, houden, aanmerken {ww.}
to see
to view
to regard
to reckon
to consider
to view
to regard
to reckon
to consider
ik heb geschat
jij hebt geschat
hij/zij/het heeft geschat
I have seen
you have seen
he/she/it has seen
» meer vervoegingen van to see
Laten we eens zien wie het het langst uit kan houden.
Let's see who can hold out the longest.
Laat zien.
Let me see.
schatten, koersen, ramen {ww.}
to value
to valuate
to measure
to evaluate
to assess
to appraise
to valuate
to measure
to evaluate
to assess
to appraise
ik heb geschat
jij hebt geschat
hij/zij/het heeft geschat
I have valued
you have valued
he/she/it has valued
» meer vervoegingen van to value