Vertaling van geschenk
Voorbeelden in zinsverband
Is dit Laura's geschenk?
Is this gift Laura's?
Hij stuurde me een geschenk.
He sent me a present.
Ann gaf mij dit geschenk.
Ann gave me this present.
Ze hebben elk een geschenk ontvangen.
They each received a present.
Ik zoek een geschenk voor mijn moeder.
I am looking for a present for my mother.
Het is een geschenk voor u.
It's a present for you.
Ik zoek een geschenk voor mijn moeder.
I'm looking for a present for my mother.
Mijn oom gaf hem een geschenk.
My uncle gave him a present.
Ik heb een geschenk aanvaard van zijn zuster.
I accepted a present from his sister.
In plaats van zelf te gaan, stuurde ik een geschenk.
Instead of going myself, I sent a gift.
Dit is het mooiste geschenk dat ik ooit gekregen heb.
This is the most wonderful present I have ever received.