Vertaling van gevit
Inhoud:
Nederlands
Engels
haarkloverij , muggezifterij , vitterij , gevit {zn.}
nitpicking
quibbling
hair-splitting
quibbling
hair-splitting
bedillen, haarkloven, het lastig maken, muggeziften, vitten {ww.}
ik heb gevit
jij hebt gevit
hij/zij/het heeft gevit
I have baited
you have baited
he/she/it has baited
» meer vervoegingen van to bait
vitten, hakken {ww.}
to find fault
to pick
to blame
to pick
to blame
ik heb gevit
jij hebt gevit
hij/zij/het heeft gevit
I have picked
you have picked
he/she/it has picked
» meer vervoegingen van to pick