Vertaling van haal

Inhoud:

Nederlands
Engels
haal, ruk {zn.}
yank
haal, schrap, schreef, streek, streep {zn.}
stroke
dash 
streak 
haal, teug, trek {zn.}
tug
twitch
pull 
haal [m] (de ~), trek [m] (de ~) {zn.}
pulling
pull
haal [m] (de ~), schrab, streep [m] (de ~) {zn.}
line
slagen, halen {ww.}
to pass

ik haal

I pass
» meer vervoegingen van to pass

betrekken, halen, laten komen, ontbieden {ww.}
to send for
to get 
to bring 
to fetch

ik haal

I get
» meer vervoegingen van to get

halen, inslaan, raken, teisteren, treffen {ww.}
to catch 
to hit
to run across
to strike 
to attain 
to encounter 
to find 
to score 
to run up against

ik haal

I catch
» meer vervoegingen van to catch

halen, gaan halen {ww.}
to fetch
to get 
to pick up
to bring 

ik haal

I fetch
» meer vervoegingen van to fetch

trek [m] (de ~), haal, hijs {zn.}
puff
pull
drag
klap [m] (de ~), fleer, haal [m] (de ~), muilpeer [m] (de ~), opflikker, peer [m] (de ~) {zn.}
blow
uithaal [m] (de ~), haal [m] (de ~) {zn.}
howl
behalen, halen, boeken {ww.}
to derive
to gain

ik haal

I derive
» meer vervoegingen van to derive

halen {ww.}
to bring
to convey
to fetch
to get

ik haal

I bring
» meer vervoegingen van to bring

bereiken, komen, halen, toekomen {ww.}
to accomplish
to achieve
to attain
to reach

ik haal

I accomplish
» meer vervoegingen van to accomplish

afhalen, halen, ophalen, oppikken {ww.}
to call for
to collect
to gather up
to pick up

ik haal

I collect
» meer vervoegingen van to collect

ontbieden, bestellen, halen {ww.}
to call
to send for

ik haal

I call
» meer vervoegingen van to call



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Ik haal goede cijfers.

I get good grades.

Haal dat van je hoofd af.

Take that off your head.

Haal je handen van me af!

Take your hands off me!

Meneer Gorbatsjov, haal deze muur neer!

Mr Gorbachev, tear down this wall!

Haal alsjeblieft uit de kamer hiernaast even een stoel voor me.

Please bring me a chair from the next room.

Een dief heeft ingebroken en is aan de haal gegaan met al mijn juwelen.

A thief broken in and made off with all my jewelry.